vrijdag 12 juni 2015

Gratis haakpatroon: Zomerse espadrilles!

Aan-de-waterkant.jpg

De zomervakantie staat voor de deur en ook nu hebben we al regelmatig stralend weer. Bij zon, vakantie, strand en Ibiza denk ik aan espadrilles. Je ziet ze vaak voorbij komen, ook in gehaakte versie.

De meeste varianten die je ziet zijn glad, al dan niet versierd met een randje. Ik had zin in een wat speelsere espadrille met een bloem, maar heb het niet kunnen vinden.
Daarom zelf aan de slag en tellen, meten, uithalen en weer proberen. Uiteindelijk is het een variant geworden voor dames en kinderen en je kunt hem maken als schoen, slipper of instapper (patroon schoen zonder hiel).

Ik vind het superleuk geworden en deel het patroon graag met jullie.

Heel veel plezier ermee! Ik zou graag zien wat jullie gemaakt hebben, dus stuur mij vooral een foto :)

Het patroon is gebaseerd op maat 38 met een voet breedte van plusminus 10 cm, voor je tenen. Het kinderpatroon is gebaseerd op maat 31.
Het patroon is aan te passen door in de laatste twee toeren te variƫren met vasten, halve stokjes, stokjes en dubbele stokjes.

Benodigdheden:
  • 1 bol ByClaire nr.1 en haaknaald 2,5 zonder hiel. Haak je een hiel erbij, dan heb je 2 bollen ByClaire nr.1 nodig.

Gebruikte steken:
V: Vaste
HV: Halve vaste
L: Losse
ST: Stokje
HST: Half stokje
DST: Dubbel stokje

Toer 1: Haak 6 V in een magic ring en sluit met een HV

Toer-1a.jpg  Toer-1b.jpg

Toer 2: Haak 10 V in de ring en sluit met een HV

Toer-2..jpg

Toer 3: 2 losse voor het eerste halve stokje, 3 losse, 1 HST in de 2e V (dus 1 V overslaan).
(3 L, 1 HST in 2e V) 3 X, 3 L, sluit met HV in 2e L van het eerste HST.

Toer-3.jpg

Toer 4: Je hebt nu 5 openingen. Haak in elke opening 3 ST, 2L, 3 ST. 1 HV op de tussenliggende HST.

Toer-4.jpg

Toer 5: Haak aan de achterkant: 3 L om de weg naar beneden te maken, maak vast met 1 HV onderaan het halve stokje en haak 1 HV in de eerste tussenliggende V.

Toer-5-naar-achteren.jpg

Haak 5 bogen: 3 L voor eerste ST, 5 L, 1 ST in de eerste tussenliggende V. (5 L, 1 ST) 3 X.
5 L, sluit met HV in de 3e losse van het eerste ST.

Draai de bloem nu om met de goede kant naar je toe voor je aan de volgende toer begint.

Toer-5.jpg  Toer-5-achterkant.jpg

Toer 6: Je hebt nu 5 openingen. Haak in elke opening 5 ST, 2L, 5 ST. 1 HV op het tussenliggende ST.

De bloem is nu klaar.

Toer-6.jpg

Haak nu eromheen, als volgt:

Toer 7:
3 L voor het eerste ST, 4 L, 1 V op/in de punt van het eerste blad, (4 L, 1 ST tussen de bladeren, 4 L, 1 V in de punt van het volgende blad) 4 X, 4 L, sluit met een HV in 3e L van het eerste ST.

Toer-7.jpg

Toer 8:
5 V om de lossen ketting, 3 V in de V, 5 V om de lossen ketting, 5 V om de lossen ketting, 5 HST om de lossen ketting, 5 ST om de lossen ketting.
Op de hoek in de V: 2 ST, 1 L, 2 HST.
5 HST om de lossen ketting, 1 HST op het middelste ST, 5 HST om de lossen ketting.
Op de hoek in de V: 2 HST, 1 L, 2 ST.
5 ST om de lossen ketting, 5 HST om de lossen ketting, 5 V om de lossen ketting.
Sluit met een HV op de 1e V. Je hebt nu 64 steken.

Toer-8.jpg

Toer 9:
2 L voor het eerste HST, 1 L, 1 HST in de 2e steek
(1L, 1 HST in de 2e steek) 13 X

1 L, dan in de hoek: 1 HST, 1 L, 1 HST
(1 L, 1 HST in de 2e steek) 7 X

1 L, dan in de hoek: 1 HST, 1 L, 1 HST
(1 L, 1 HST in de 2e steek) 8 X

1 L, sluit met een HV in de 2e L van het eerste HST

Je hebt nu 67 steken.

Toer-9.jpg

Toer 10:
(1 V in het gat, 1 V op het HST) 8 X
1 V in het gat
(1 HST op het HST, 1 HST in het gat) 3 X
(1 ST op het HST, 2 ST in het gat) 3 X
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 HST
(1 HST op het HST, 1 HST in het gat) 8 X
In de hoek: 2 HST, 1 L, 2 ST
(2 ST in het gat en 1 ST op het HST) 3 X
(1 HST in het gat en 1 HST op het HST) 3 X
(1 V in het gat en 1 V op het HST) 3 X
Sluit met een HV.

Je hebt nu 78 steken.

Toer-10.jpg

Toer 11:
Haak op de steken 9 V, 6 HST, 6 ST, 12 DST
In de hoek: 2 DST, 1 L, 2 ST
Onder: Sla 1 steek over, dan 18 ST
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 DST
12 DST, 6 ST, 6 HST
Sluit met een HV.

Je hebt nu 85 steken.

Toer-11.jpg

Vanaf hier beslis je of je een slipper wilt maken of een schoen.

Schoen:

Toer 12:
Voor de neus: (2 HST in 1 V) 6 X
7 ST, 5 HST, 1 V, 8 HV in de binnenste lussen, 2 HST, 3 ST, 2 DST
In de hoek: 2 DST, 1 L, 2 ST
Aan de onderkant: 22 ST
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 DST
2 DST, 3 ST, 2 HST, 8 HV in de binnenste lussen, 1 V, 4 HST, 5 ST, 2 HST in 1 V
Sluit met een HV.

Je hebt nu 97 steken.

Toer-12-schoen.jpg

Toer 13:
10 ST, 4 HST, 8 V, 8 HV in de binnenste lussen, 4 V, 4 HST, 1 ST, 1 DST
3 L voor het eerste stokje, 2 ST om het DST dat je net gehaakt hebt.
Aan de onderkant: 28 ST
3 L voor het eerste DST, 1 ST in dezelfde steek
4 HST, 4 V, 8 HV in de binnenste lussen, 8 V, 6 HST
Sluit met een HV.

Toer-13-schoen.jpg

Slipper:

Toer 12:
10 HST, 8 ST, 16 DST
In de hoek: 2 DST, 1 L, 2 ST
Aan de onderkant: 22 ST
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 DST
16 DST, 8 ST, 1 HST
Sluit met een HV.

Je hebt nu 91 steken.

Toer-12-slipper.jpg

Toer 13:
1 V, 12 L, 1 V in de 3e steek vanaf de lossen ketting.
5 HV, 5 V, 4 HST, 4 ST, 13 DST
1 L, 3 V om het DST dat je net als laatste gemaakt hebt.
30 HV, 4 L voor het eerste DST
12 DST, 4 ST, 4 HST, 4 V, 4 HV
Sluit met een HV.
Laat een lange afhechtdraad zitten.

Toer-13-slipper.jpg

Speld het lapje vast op plusminus het midden van de zool. Speld de lus ook vast en pas de slipper aan om te kijken of hij goed zit. De lus komt door je tweede teen.

Slipper-gespeld-bovenkant.jpg

De slipper blijft goed zitten, maar mocht je het prettiger of leuker vinden, dan kun je er nog een hiel bij haken met een koordje om je enkel. Zie hiervoor de beschrijving onderaan dit patroon.

Voor het vastzetten van de lus op de zool:
Steek met je naald door de lusjes van de lossenketting naar het midden van de ketting. Naai vast met 4 platte steken naast elkaar op de zool. Steek met je naald door de lossen naar het andere uiteinde van de lossenketting en hecht de draad af in je werk.

Naai het lapje vast met de festonsteek zoals uitgelegd bij de schoen. Festoneer de zool ook rondom met een festonsteek.

Hiel

Pas het lapje na toer 18 om je hiel. Er komen hierna nog 10 steken bij, dus als je denkt dat hij niet groot genoeg gaat worden, meerder dan op dezelfde manier nog een toer (of toeren). Of als hij te groot wordt, haal dan een toer uit.

Toer 1: 3 Lossen
Toer 2 - 7: 1 keerlosse, 3 HST
Toer 8: Vouw het lapje dubbel en haak de korte kanten aan elkaar met 3 V
Toer 9: 1 L, 2 HST in elke steek (6)
Toer 10: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 4 HST, 2 HST in de laatste steek (8)
Toer 11: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 6 HST, 2 HST in de laatste steek (10)
Toer 12: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 8 HST, 2 HST in de laatste steek (12)
Toer 13: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 10 HST, 2 HST in de laatste steek (14)
Toer 14: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 12 HST, 2 HST in de laatste steek (16)
Toer 15: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 14 HST, 2 HST in de laatste steek (18)
Toer 16: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 16 HST, 2 HST in de laatste steek (20)
Toer 17: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 18 HST, 2 HST in de laatste steek (22)
Toer 18: 1 keerlosse, 2 HST in de volgende twee steken, 18 HST, 2 HST in de laatste twee steken (26)
Toer 19: 1 keerlosse, 2 HST in de volgende twee steken, 22 HST, 2 HST in de laatste twee steken (30)
Toer 20: 1 keerlosse, 1 HST in elke steek (30)
Toer 21: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek,  28 HST, 2 HST in de laatste steek (32)
Toer 22: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 13 HST, 2 HST samenhaken, 2 HST samenhaken, 13 HST, 2 HST in de laatste steek (32)
Toer 23: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 13 HST, 2 HST samenhaken, 2 HST samenhaken, 13 HST, 2 HST in de laatste steek (32)
Toer 24: 1 keerlosse, 1 HST in elke steek (32)

Haak eerst een keerlosse en dan vasten schuin omhoog naar het lusje.

Steek door naar de overkant van het lusje door halve vaste te maken aan de binnenkant van de
hiel over de drie V waar je het lusje mee had samen gehaakt.

Lus-oversteek.jpg

Haak over de andere schuine kant weer Vasten schuin naar beneden. Sluit met een HV.

Hiel.jpg

Laat ongeveer anderhalve meter afhechtdraad over. Hiermee kom je tot halverwege om de hiel en voorkant vast te naaien. Daarna hecht je aan met een nieuwe draad aan de binnenkant van het lapje.

Speld de hiel en de voorkant eerst zorgvuldig vast zodat het niet meer kan schuiven en pas hem aan. De puntjes van de hiel moeten goed naar voren gespeld worden, zodat het goed stevigheid biedt aan je hiel.

Schoen-zijkant.jpg

Zet de hiel en de voorkant op de zool vast met een festonsteek. Zorg dat je op gelijke afstanden insteekt (bijvoorbeeld 1 festonsteek per haaksteek en vanaf het midden van de zijkant van de zool). Trek de draad goed stevig aan.


Festonsteek.jpg

Naai de festonsteek rondom, dus ook waar geen lapje zit. Hecht op tijd je draad af en een nieuwe draad weer aan aan de binnenkant van het lapje.
Maak op de hoeken van de lapjes voor de stevigheid de festonsteek twee keer.

Koord

Voor een koord dat twee keer om je enkel kan met een strik haak je een lossenketting van plusminus 1.20 meter. Sla 1 losse over en haak terug met 1 HV in elke steek.
Rijg het koord door het lusje bovenaan de hiel.

Kinder espadrilles

Kinderschoenen.jpg

Toer 1: Haak 10  V in een magic ring en sluit met een HV

Toer 2: 2 losse voor het eerste halve stokje, 3 losse, 1 HST in de 2e V (dus 1 V overslaan).
(3 L, 1 HST in 2e V) 3 X, 3 L, sluit met HV in 2e L van het eerste HST.

Toer 3: Je hebt nu 5 openingen. Haak in elke opening 3 HST, 1L, 3 HST. 1 HV op het tussenliggende HST.

Toer 4: Haak aan de achterkant: 2 L om de weg naar beneden te maken, maak vast met 1 HV onderaan het halve stokje, daarna 1 HV in de tussenliggende V.
Haak 5 bogen: 3 L voor eerste ST, 5 L, 1 ST in het eerste tussenliggende V. (5 L, 1 ST) 3 X.
5 L, sluit met HV in de 3e losse van het eerste ST.

Draai de bloem nu om met de goede kant naar je toe voor je aan de volgende toer begint.

Toer 5: Je hebt nu 5 openingen. Haak in elke opening 5 ST, 2L, 5 ST. 1 HV op het tussenliggende ST.

De bloem is nu klaar.

Haak nu eromheen als volgt:

Toer 6:
3 L voor het eerste ST, 4L, 1 V op de punt van het eerste blad, (4 L, 1 ST tussen de bladeren, 4L, 1 V tussen de bladeren) 4 X, 4 L, sluit met een HV in 3e L van het eerste ST.

Toer 7:
4 V om de lossen ketting, 2 V in de V, 4 V om de lossen ketting, 4 V om de lossen ketting, 4 V om de lossen ketting, 4 HST om de lossen ketting.
Op de hoek in de V: 2 HST, 1 L, 2 V.
4 V om de lossen ketting, 1 V op het middelste HST, 4 V om de lossen ketting.
Op de hoek in de V: 2 V, 1 L, 2 HST.
4 HST om de lossen ketting, 4 V om de lossen ketting, 4 V om de lossen ketting.
Sluit met een HV op de 1e V. Je hebt nu 53 steken.

Toer 8:
2 L voor het eerste HST, 1 L, 1 HST in de 2e steek
(1L, 1 HST in de 2e steek) 11 X

1 L, dan in de hoek: 1 HST, 1 L, 1 HST
(1 L, 1 HST in de 2e steek) 6 X

1 L, dan in de hoek: 1 HST, 1 L, 1 HST
(1 L, 1 HST in de 2e steek) 6 X

1 L, sluit met een HV in de 2e L van het eerste HST
Je hebt nu 57 steken.

Toer 9:
(1 V in het gat, 1 V op het HST) 5 X
(1 HST in het gat, 1 HST op het HST) 3 X
(2 ST in het gat, 1 ST op het HST, ) 4 X
2 ST in het gat
In de hoek: 1 ST, 1 L, 1 HST
(1 V op het HST, 1 V in het gat) 7 X
In de hoek: 1 HST, 1 L, 1 ST
(2 ST in het gat en 1 ST op het HST) 4 X
2 ST in het gat
(1 HST op het HST, 1 HST in het gat) 3 X
1 HST op het HST
Sluit met een HV.
Je hebt nu 69 steken.

Toer 10:
Haak op de steken 4 HST, 3 V, 10 HST, 13 ST
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 HST
Aan de onderkant: 15 V
In de hoek: 2 HST, 1 L, 2 ST
13 ST, 6 HST
Sluit met een HV.
Je hebt nu 74 steken.

Vanaf hier beslis je of je een slipper wilt maken of een schoen.

Slipper:

Toer 11:
3 HST, 4 V, 6 HST, 8 ST, 10 DST
In de hoek: 2 DST, 1L, 2 ST
Aan de onderkant: 19 ST
In de hoek: 2 ST, 1L, 2 DST
10 DST,8 ST, 3 HST
Je hebt nu 81 steken

Toer 12:
3 V, 9 L, vastmaken met een V in de 3e steek vanaf de lossenketting
13 V, 5 HV in de binnenste lussen, 1 HST, 1 ST, 6 DST
1 L, 3 V om het DST dat je net gemaakt hebt
26 V
3 L voor het eerste DST, 6 DST, 1 ST, 1 HST, 5 HV in de binnenste lussen, 13 V, 1 HV
Sluit met een HV.

Kinderslipper-zijkant.jpg

Schoen:

Toer 11:
(2 HST in 1 steek ) 6 x
5 ST, 3 HST, 2 V, 8 HV in de binnenste lussen, 1 V, 1 HST, 2 ST, 3 DST
In de hoek: 2 DST, 1 L, 2 ST
Onder: 18 ST
In de hoek: 2 ST, 1 L, 2 DST
3 DST, 2 ST, 1 HST, 1 V, 8 HV in de binnenste lussen, 1 V, 1 HST, 4 ST
Sluit met een HV.

Toer 12:
12 HST, 1 V, 22 HV in de binnenste lussen, 1 ST, 2 DST
2 L, 3 ST om het DST dat je net gemaakt hebt
Onder: 26 ST
3 L, 1 DST in dezelfde steek, 1 ST, 21 HV, 1 V
Sluit met een HV.

Kinderschoen-toer-13.jpg

Hiel

Toer 1: 3 Lossen
Toer 2 - 7: 1 keerlosse, 3 HST
Toer 8: Vouw het lapje dubbel en haak de korte kanten aan elkaar met 3 V
Toer 9: 1 L, 2 HST in elke steek (6)
Toer 10: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 4 HST, 2 HST in de laatste steek (8)
Toer 11: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 6 HST, 2 HST in de laatste steek (10)
Toer 12: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 8 HST, 2 HST in de laatste steek (12)
Toer 13: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 10 HST, 2 HST in de laatste steek (14)
Toer 14: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 12 HST, 2 HST in de laatste steek (16)
Toer 15: 1 keerlosse, 2 HST in de volgende twee steken, 12 HST, 2 HST in de laatste twee steken (20)
Toer 16: 1 keerlosse, 2 HST in de volgende twee steken, 16 HST, 2 HST in de laatste twee steken (24)
Toer 17: 1 keerlosse, 1 HST in elke steek (24)
Toer 18: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 9 HST, 2 HST samenhaken, 2 HST samenhaken, 9 HST, 2 HST in de laatste steek (24)
Toer 19: 1 keerlosse, 2 HST in de eerste steek, 9 HST, 2 HST samenhaken, 2 HST samenhaken, 9 HST, 2 HST in de laatste steek (24)
Toer 20: 1 keerlosse, 1 HST in elke steek (24)

Haak eerst een keerlosse en dan vasten schuin omhoog naar het lusje.
Steek door naar de overkant van het lusje door halve vaste te maken aan de binnenkant van de hiel over de drie V waar je het lusje mee had samen gehaakt. (Voor een foto, zie de dames beschrijving)

Haak over de andere schuine kant weer Vasten schuin naar beneden. Sluit met een HV en laat ongeveer anderhalve meter afhechtdraad over. (Voor een foto, zie de dames beschrijving)

Speld de hiel en de voorkant eerst zorgvuldig vast zodat het niet meer kan schuiven en pas hem aan.

Kinderschoen-gespeld.jpg

Zet de hiel en de voorkant op de zool vast met een festonsteek. Zorg dat je op gelijke afstanden insteekt (bijvoorbeeld 1 festonsteek per haaksteek en vanaf het midden van de zijkant van de zool). Trek de draad goed stevig aan.

Naai de festonsteek rondom, dus ook waar geen lapje zit. Hecht op tijd je draad af en een nieuwe draad weer aan aan de binnenkant van het lapje.
Maak op de hoeken van de lapjes voor de stevigheid de festonsteek twee keer.

Koord

Voor een koord dat twee keer om je enkel kan met een strik haak je een lossen ketting van plusminus 85 cm. Sla 1 losse over en haak terug met 1 HV in elke steek.
Rijg het koord door het lusje bovenaan de hiel.

Ook nog leuk:

Haak toer 1 tot en met 5 zodat je alleen de bloem krijgt. Bij het maken van de magic ring laat je een hele lange begindraad hangen. Na het maken van de bloem haak je een koord lossen van je afhechtdraad. Ga met de begindraad door middel van halve vasten naar de punt van het blad tegenover waar je afhechtdraad begint en haak hier ook een ketting lossen.

Doe de bloem om je knot:

Bloemen-in-het-haar.jpg

Of om je pols:

Handen.jpg

En een klein jongetje wilde ook nog graag op de foto :)




3 opmerkingen: